Organische chemie is vrij ingewikkeld en daardoor worden moleculen vaan vereenvoudigd weergegeven in een tekening. In een aantal gevallen gaat die vereenvoudiging zover dat vrijwel alle koolstof (C) en waterstof (H) niet weer wordt gegeven.

In bovenstaande figuur wordt een heel complex molecuul polyhydroxybutyraat weergegeven. De vierkante haken en de letter n geven aan dat het gedeelte tussen die haken een aantal keren herhaald wordt.
Aan beide weerszijden en aan de bovenzijde is duidelijk welke atomen onderdeel van die molecule zijn. O staat voor zuurstof, C voor koolstof en H voor waterstof. Maar voor de kronkelende lijn moet de kijker zelf bepalen wat daar staat. Op de punten waar de lijn knikt bevindt zich een koolstofatoom. Dus dat betekent dat daar drie C’s horen te staan.
Daarnaast heeft elk koolstofatoom vier verbindingen met andere atomen, zuurstof kan maar twee verbindingen maken en waterstof maar een.
Van de linkerkant af betekent het dat de opgaande lijn vanaf de O een binding is, de gestreepte lijn naar de CH3-groep daarboven een tweede (naar het koolstofatoom van die groep) en de neergaande lijn naar rechts de derde naar een koolstofatoom. De vierde binding is met een waterstofatoom dat niet is getekend, maar die je hieruit wel af kunt leiden.
Voor het middelste koolstofatoom kan dezelfde werkwijze worden gehanteerd. Zowel naar links als naar rechts is er een opgaande lijn naar de naastliggende koolstofatomen. Dat zijn dus twee bindingen. Verder staan er geen lijnen, dus aan dat koolstofatoom zijn ook twee waterstofatomen verbonden.
Voor het meest rechtse koolstofatoom telt de lijn naar linksonder als de eerste binding, de lijn naar de OH rechts naar beneden als tweede binding en er is een dubbele binding (twee lijnen) naar de O die daarboven staat. Dat zijn er samen dus vier. Daar zijn dus geen extra waterstofatomen meer nodig.
Wanneer n gelijk is aan 1 (de monomeer hydroxybutyraat) zijn er dus geen herhalingen en kunnen de aantallen atomen per soort bij elkaar opgeteld worden tot de chemische notatie C4H8O3. Dit betekent dat hydroxybutyraat uit vier koolstofatomen, acht waterstofatomen en drie zuurstofatomen bestaat. Het mag duidelijk zijn dat hieruit wel blijkt uit welke atomen de stof bestaat, maar niet waar die atomen zich in de molecule bevinden.
De gearceerde lijnen in de bovenstaande figuur geven aan dat de CH3-groep niet alleen naar boven gaat, maar ook schuin naar ons toe komt. De kant waar de strepen het breedst zijn is het dichtst bij ons in de tekenwijze.