Leren is een complex proces, waar de student met veel aspecten te maken krijgt. In het dynamisch veld leren wordt gepoogd om hier helderheid in te verschaffen.

Op de student zijn een aantal aspecten van toepassing rond het leren. Deze aspecten bepalen voor een belangrijk deel of het leren al dan niet resultaat oplevert.
Context
Uiteraard dient de context als uitgangspunt te worden genomen. Daar komt de oorspronkelijke reden vandaan om te gaan leren. Die omgeving kan sterk bepalend zijn, de nodige druk opleggen, maar deze kan ook faciliterend zijn. Vaak zal het niet gemakkelijk zijn die context te veranderen, maar met enige creativiteit zijn vaak wel oplossingen te vinden die in ieder geval de druk wat van de ketel kunnen halen.
Leerstijlen
Ten aanzien van de leerstijlen kunnen de leerstijlen van Kolb als maatstaf worden genomen, deze onderscheidt vier verschillende leerstijlen. De door de lerende gehanteerde leerstijl moet passen bij dat wat de opleider kan bieden.
Managementstijlen
De managementstijl van de leidinggevende zou eigenlijk moeten aansluiten bij de leerstijl van de lerende om een optimaal resultaat te kunnen behalen. Helaas is dit niet altijd even haalbaar. Een leidinggevende heeft vaak een eigen voorkeursstijl. Wanneer mogelijk zou hij of zij zich wel kunnen aanpassen naar de gewenste stijl, maar dat is niet eenvoudig.
Begeleidingsstijlen
De manier waarop de medewerker wordt begeleid is uiteraard van belang voor het resultaat. Een begeleider die bij de lerende past geeft een beter resultaat, vandaar dat de begeleidingsstijl een van de aspecten is om te komen tot een goed resultaat.
Tot slot
De afzonderlijke aspecten hebben niet alleen invloed op de lerende, maar ook op elkaar. Dit maakt het systeem van leren zowel boeiender, maar ook ingewikkelder. Dit op elkaar inwerken wordt ook wel supradynamiek genoemd.